Here comes the summer Vlieland. De recensie

Omdat een nieuwe lente volgens de dode dichter altijd een nieuw geluid voortbrengt, togen wij op 1 mei met de boot naar Vlieland om het festival Here comes the Summer bij te wonen. De advertentietekst luidde: ‘Een paar dagen op Vlieland, in het eerste weekend van mei. Goeie, diverse bands, een uitdagend kinderprogramma, lekker eten, dansen. Stuk kleiner dan in september, maar minstens zo fijn.’

Wat er niet bij stond vermeld, was dat Vlieland een arctisch klimaat kent en daardoor begin mei net sneeuwvrij is. De as van George Harrisson stuift zich om in zijn urn, als hij zou weten dat zijn liedje Here comes the summer ooit zou worden gebruikt om een ijskoud halfwinterfestival aan te prijzen.

Maar we kwamen natuurlijk niet voor de zon en het strand maar voor de muziek en het uitdagende kinderprogramma.

Dat laatste bestond overigens uit het versieren van een opgepropte juten zak die een keutel van stout konijn moest voorstellen. Het was voor de kroost een hele uitdaging hierin enige aardigheid te ontdekken, verwend als zij is door de originele knutselopdrachten van ondergetekende.

Laten we het maar hebben over de ‘goeie, diverse bands’. Zo was daar als eerste act Popstrangers die helemaal uit Nieuw-Zeeland waren gekomen. Een band die met hun geinige garagerock keihard op weg is zich een stabiele plek te verwerven in de middenmoot van het clubcircuit. Typisch een band voor op een dinsdagavond in Ekko, Vera, Doornroosje of het Paard van Troje. Maar als ik moet kiezen tussen Oud-Zeeuwen zoals Blöf of deze Nieuw-Zeeuwen weet ik het in ieder geval wel.

Van aanzienlijk dichterbij was er de Vlaamse formatie Marble Sounds. Over de grote voorsprong die onze zuiderburen op muzikaal gebied ons op hebben genomen, hoef ik het hier niet meer te hebben. Met een solide set en enkele puntige liedjes hebben de Marble Sounds deze voorsprong keurig geconsolideerd. Ze tikten de bal achterin rustig rond totdat ze met een enkele liedje een venijnige counter plaatsten.

De dag daarop konden de Nederlanders proberen de Anschlusstor te maken met achtereenvolgens Anne Soldaat, Dotan en Clean Pete.

Van Dotan moesten we het niet hebben. Muziek door en voor mannen met kleine testikels en grote emoties. Ook dat mag er zijn, maar je wint er niet de oorlog mee.

Met guitaarheld Anne Soldaat hebben we wel een sterke troef in handen. De man heeft zeldzaam lange, lenige vingers. Er is een briljante zakkenroller in die man verloren gegaan, dat kan bijna niet anders. Anne heeft gekozen voor het rechte pad en dat siert hem.
Zoals het ook sympathiek is dat hij ook minder ervaren artiesten ondersteunt. Eerst was dat Tim Knol, nu zijn het de tweelingzusjes Wijnhoven van Clean Pete. Ook over onze Hollandse First Aid Kit heb ik hier aardige dingen gezegd. Prachtige samenzang, bij vlagen heel aardige teksten en leuke meisjes voor naar te kijken.
Knappe jongen die een dijk kan bouwen die deze doorbraak nog tegenhoudt.
En alsjeblieft, beste mensen, hou eens op met dat eeuwige gezeur over ‘kleinkunst’ zogauw iemand eens in het Nederlands zingt. Vertaal de teksten naar het Engels en in plaats van kleinkunst zal de kritische, immer flegmatieke muziekkenner het americana noemen.  Bah.

Na de muzikale derby der lage landen kwamen de Amerikanen Simone Felice, Israel Nash en Eli Paperboy Reed nog even voordoen hoe het in de grote mensen wereld aan toe gaat. ’It’s charisma, stupid.’, zo luidt daar het adagium. Muzikaal zijn ze echt niet zo gek veel beter (hoewel Israel Nash…), maar wat podiumuitstraling betreft overtreffen ze moeiteloos onze beneluxe-paardjes. En zo kende ook dit festival weer een voorspelbare winnaar: de U S of A.

En een sfeertje hoor…

0

Comments

comments

2 thoughts on “Here comes the summer Vlieland. De recensie

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *