Bob Dylan is de man die ik haat lief te hebben. Ja, ik weet dat ik mij als Dylan-fan in een zeer slecht gezelschap bevind. En ja, ik ken alle schampere opmerkingen over die pseudo-poëtische teksten die nog nauwelijks te verstaan zijn. Maar toch… het is wel de man die Desire, Street Legal en Blood on the Tracks heeft gemaakt. En Highway 61 revisited en toch ook Blonde on Blonde. Dat was natuurlijk allemaal lang gelee toen de KVP nog groot was en Den Uyl dacht dat niemand misbruik maakte van sociale voorzieningen. Een nieuwe CD van de heer Zimmermann is dan ook een beetje hetzelfde als Hans Wiegel op televisie commentaar zien geven op de hedendaagse politiek. Niet erg relevant dus.
Toch, zo eens in de zoveel jaar probeer ik het nog een keertje met zo’n nieuwe Dylan-cd. De laatste keer was geloof ik ten tijde van de Big Lebowski waarvoor Bob de soundtrack had gemaakt (modern times heette die CD meen ik). Na het zien van Wiegel bij Pauw en Witteman besloot ik dat het er ook dit jaar maar weer eens van moest komen. Had die nieuwe CD ook niet vijf sterren in de Uncut, Mojo, Volkskrant en Vrij Nederland gekregen? Werd niet gesproken over de beste CD sinds Street Legal?
We moesten het maar weer eens proberen met die nieuwe Dylan….
Bovendien duidde de titel van de CD –Tempest – er volgens een dylanoloog op dat het wel eens ’s fenomeens laatste zou kunnen zijn. Shakespeare’s laatste toneelstuk heette immers ook The Tempest, vandaar.
Tja, wat zullen we er na enkele luisterbeurten over zeggen.
Dat de nummers ongeveer net zo spannend zijn als de paralympische dressuur voor manke paarden… Zelfs in de Alpen bestaan beekjes die minder kabbelen.
Dat de teksten wederom blijk geven van een scherpe observaties van de desillusies van het Amerikaanse leven anno 2012, althans als je ze kunt verstaan.
Dat de stem van Dylan inmiddels de regionen heeft bereikt van een keelkanker-patiënt met astma die op de wachtlijst staat voor transplantatie van een nieuw strottehoofd.
Dat de gemiddelde recensent ofwel een overdreven respect heeft voor ouderdom (wat in strijd is met de rock’n roll ideologie) ofwel het kritisch vermogen bezit van een CDA-lid dat in Sybrand Buma de ideale lijsttrekker zag.
Mijn advies aan Dylan-haters luidt dan ook: geef jezelf een compliment, luister deze CD.
0
Lachen hoor, deze melige recensie, maar nogal wat foutjes (Modern Times Big Lebowski soundtrack is toch hoop ik ook een grap… en verder, met een beetje kennis van Engels zijn de teksten zeker dit keer vanwege de prima geluidsopname door de engineer van Nirvana en REM en de erg duidelijke, zeer ritmische dictie van Bobs heerlijke oude bluesstem (hebt u iets tegendeze mix van John Lee Hooker, Skip James en Blind Willie Johnson?) zeer duidelijk te verstaan. Verder swingt de plaat soms de pan uit, terwijl hij elders hypnotiserend subtiel en minimalistisch is, kortom gedurf, met nog enns mooie verhalende en beeldende teksten vol scherpe humor ondanks de donkerte. Niet aan iedereen besteed, want verre van makkelijk, zoals dat kunst betaamt. Keep it rolling John…
Excuus, u heeft gelijk. De Lebowski-cd is niet Modern Times maar Time out of Mind. En inderdaad Sybrand Buma was best een goede keuze als lijsttrekker.
*brilsmurfmode aan*
Maar Bob heeft toch niet de soundtrack voor Big Lebowski gemaakt. Daar staat wel The Man In Me op (een van de zeldzame nummers van Bob die ik te pruimen vind), maar dat is een oud nummer.
*brilsmurfmode uit*
Verder kan ik mij zonder ook maar een noot van de plaat gehoord te hebben helemaal vinden in deze prachtrecensie! Hulde!
Ik wil ook wat zeggen.
Ik ben ook zo’n type die Bob Dylan alleen kent van Desire, Blood on the Tracks, Blonde on Blonde, Highway 61, John Wesley Harding en nog een paar. Desire vind ik zelfs 1 van de allermooiste platen uit de popgeschiedenis, al kostte me het minimaal 10 jaar om erachter te komen dat Bob flink leentjebuur had gespeeld bij Gram Parsons. Ja, het hele idee van die geweldige samenzang met Emmylou Harris is van Gram die op het moment van uitbrengen van Desire al lang en breed kassie wijlen was. Vanwege Adele (een lullige aanleiding, ik weet het) was ik laatst benieuwd naar het origineel van To Make You Feel My Love. Zodoende kwam ik bij de moderne Bob terecht, en ik zal je vertellen ik schrok me lam van die stem! Nu kan ik best wel geraakt worden door een popartiest op leeftijd (Roy Orbison, J Cash) die al lispelend nog het beste uit zichzelf weten te wringen, maar met hen vergeleken klinken de (digitaal duidelijk opgewaardeerde) klanken die Bob nu nog voortbrengt als het laatste gerochel van een ouwe rabbi op zijn sterfbed. Met blues zou ik dat zeker niet willen vergelijken, net zomin als Roy of Johnny blues zijn. De veronderstelling oud=blues is mij te makkelijk en doet tekort aan het unieke van bovengenoemde Grote Drie.
Zo, nu ga ik weer verder met de vaat.