Even voorstellen: Sextile is een duo uit Los Angeles. Ze blinken uit in het soort dansbare, vrolijke upbeat en uptempo techno dat je met een gerust hart ook electroclash mag noemen. Alle liedjes van Sextile worden gekenmerkt door spacey stuiterbeats en pakkende chants, waardoor hun muziek instant-aanstekelijk is. Kernleden en oprichters zijn Melissa Scaduto en (haar vriendje?) Brady Keehn. Beiden zingen en bedienen afwisselend de synths. In tegenstelling tot menig aanverwante act heeft Sextile live niks te verbergen. Bij hen geen overstuurde stroboscopen, overspannen digitale lichtshow, holle bewegende beelden als decor of een opgefokte rookblaasmachine die moeten verbloemen dat er op het podium weinig tot niks gebeurt. Nee, het publiek in Rotown krijgt twee energieke LA-kids voor de kiezen die zonder noemenswaardige poespas hun opruiende en uitdagende ding doen. Hoe simpel kan het soms zijn! En hoe verfrissend!

Een jaar of vijf terug was Sextile nog zoekende en maakten ze platen waar een ingetogen en zwaarmoedige 80s vibe omheen hing. Maar het roer ging om, en dat moment viel mooi samen met het aangaan van een contract bij Sacred Bones records. Ja, want waarom nog langer muzikaal zitten droefpiekeren als het plezier voor het oprapen ligt? Aan de hoezen van hun laatste twee albums is die switch goed af te zien: weg met het sombere zwart/wit, welkom uitbundig, stout, sexy en snoepkleurig!

Hun nieuwe plaat ‘yes, please’ bevat weer een paar mooie dansvloer-bangers die letterlijk je speakers uitknallen, zoals ‘Women Respond to Bass.’ Niet voor niets oogst dit album de nodige fraaie kritieken. Een leuk feitje is dat Jehnny Beth een nummertje meedoet. Je weet wel, zij van Savages en van die duetplaat met Bobby Gillespie. Overigens heeft Melissa Scaduto een verleden in de New Yorkse indie-pop. Met The Beets, de band van de Uruguyaanse expat Juan Wauters, deed ze een jaar of vijftien terug al mooie dingen.
Afijn / kortom, zoals ook hun eerdere optredens in Nederland (Ekko 2024, hun 2023-debuut bij Zeitgeist/Doornroosje) al aantoonden is het bij Sextile feestelijke technopop dat de klok slaat. Een zaal in een mum van tijd omtoveren tot een hupsende meute is Sextile’s core-business. En zo laagdrempelig als de neten hè. ‘Bubblegum-techno’ hoor ik na afloop iemand in Rotown goedkeurend opmerken. Kan ik me wel in vinden.. Ja, want hoe zat het ook alweer? We gotta fight for our right to paaaaaaartyyyy!! Je vraagt je af waar de nachtprogrammeurs van Lowlands enzo toch blijven. Ze zouden daar in downtown Biddinghuizen toch niet zitten te snurken toch zeker? Verder heeft Sextile iets te melden, ook niet onbelangrijk. Er zit niet voor niks een tekstvel bij ‘yes, please.’ In wezen is deze band harstikke underground , hun nihilistische en druggy teksten belichten het (nacht)leven in de marges van de maatschappij, alsook het rauwe levensgevoel dat daar direct mee samenhangt.

En nou met z’n allen!

De setlist. Een klein meisje wou ‘m ook pakken maar ik was er net iets eerder bij, yes!
Oh ja, en in Rotown is er ook nog een derde man, hij is nieuw. Een drummer, hij bespeelt staand een minimale drumkit zoals we dat al kennen van bijvoorbeeld Traumahelicopter en Lewsberg. Weinig wezenlijks weet hij aan de Sextile-sound toe te voegen, met zijn levendige manier van trommelen lijkt hij er louter voor het visuele aspect bijgehaald te zijn. Nee, dan het voorprogramma, het Nederlandse FELLATIO. Ze begeven zich op een lastig te omschrijven muzikaal domein, naar eigen zeggen hebben we te maken met een ‘avant-garde disco punk post-penis kraut-rock trio uit Rotterdam.’ Met een zuigende en pompende electro-sound, met een groovy bassist in de hoofdrol, met een zanger als een soort slungelachtige Alan Vega-op-zijn-uitdagend-best en vooral met een behoorlijk inventieve drummer, weten zij best wel te imponeren. Ook al hebben ze de pech dat het zaaltje maar langzaam volloopt op deze vroege, zwoele vrijdagavond. In ieder geval is Fellatio iets om in de gaten te houden!

Tenslotte nog iets over de actualiteit: het lijken vooral de veteranen onder de popmusici te zijn die zich krachtig uitspreken over het oranje gevaar dat het witte huis thans diepbruin kleurt. Ome Bruce, ome Neil, Joan Baez, Kathleen Hannah, zij trekken hun muil open en verdienen daarvoor ons respect. Maar de jongere generatie van enigszins gevestigde artiesten houdt zich opvallend gedeisd, of ze moeten uit Ierland komen (Kneecap, Fontaines DC). De pakweg vijftien Amerikaanse bands die ikzelf de afgelopen maanden mocht aanschouwen lijken er liever het zwijgen toe te doen. Met uitzondering dan laatst van Lael Neale in Doka/Amsterdam want zij maakten wel effetjes een stevig statement. Wat zou toch de reden zijn van deze terughoudendheid? Angst voor repercussies thuis? Angst voor het mislopen van een toekomstige goeie baan? Totale moedeloosheid?
In ieder geval, Sextile blijkt geen uitzondering. Dat hun thuisstad Los Angeles bijkans in de fik staat en dat Californië zijn autonome verworvenheden in een rap tempo dreigt te verliezen noopt hen niet tot onmiddellijke artistieke RE-ACTIE. Op stukken karton gekrabbelde leuzen als ‘Fuck ICE’ had ik op zijn minst wel verwacht. Maar nee, niets van dat. Hoewel: tegen het eind van het optreden komt er toch nog een spandoekje tevoorschijn. De inhoud ervan is vast welgemeend maar aan de andere kant: hier kun je je geen buil aan vallen, De Toppers zouden er ook goeie sier mee maken. Volgende keer scherper graag!

