Overtoom 301, beter bekend als tentje OT301, gisteren om 21.15 uur. Net als we met zijn allen in spannende afwachting zijn van de band van vanavond, dringt een stelletje buurtkinderen brutaal naar voren en lijken het voorzien te hebben op de instrumenten die her en der klaarstaan. “Hoho, dit gaat zo maar niet!” staat het burgermannetje in mij op het punt te roepen. Maar dan dringt het besef door dat dit zowaar de band is vanavond: THE LEMON TWIGS!
Yep, onwaarschijnlijk jong zijn ze, de band van de NYC-broertjes Brian en Mike d’Addario. Nog net in de vorige eeuw geboren, 19 en 17 jaar oud. De verbazing stijgt nog verder wanneer ze van start gaan: perfecte driestemmige samenzang, veel dynamiek, tempiwisselingen die achteloos uit de mouw geschud worden en, zoals onze Oosterburen zeggen, die totale Instrumentbeherrschung. Dit, gepaard gaand met veel jeugdige frisheid en goede smaak, maakt het optreden tot een belevenis op zich.
Ze hebben sinds kort hun debuutalbum ‘Do Hollywood’ uit op het Engelse 4AD-label, geproduceerd door Jonathan Rado (hij weer) van Foxygen. Veel lof is hun deel, her en der regent het vergelijkingen. De pers is immers immer op zoek naar houvast: ‘baroque glam,’ noemt The Guardian het, en als verdere referenties worden gehanteerd: Zombies, Beatles, Big Star, Brian Wilson, Harry Nilsson, Badfinger, Foxygen, Tame Impala, Queen en (fluister iemand mij in het oor, vooral:) Todd Rundgren. En nu dus al voor de tweede keer op Europese tournee en daarna hopla, door naar Japan.
In OT301 is de eerst helft van het optreden grote broer Brian het zingende en gitaar spelende middelpunt, zijn broertje zit verscholen in het halfduister achter de drumkit-met-overmatig-veel-trommels. De band speelt dan vooral verfijnde pianorock dat vooral zijn roots lijkt te hebben in de pre-1977 jaren, je weet wel, dat vermaledijde tijdperk dat volledig ontspoorde met aan hoogmoedswaanzin grenzende egotripperij.
Je moet ook weten: de vader van de jongens heet Ronnie d’Addario, als solo-artiest maakte hij verschillende platen gedurende de jaren ‘70 en ’80. Al een heel leven lang is hij muzikant en producer dus je begrijpt het al: de broertjes hebben het allemaal met de paplepel ingegoten gekregen.
Halverwege het optreden wisselen de broertjes van instrument en staat plotseling de kleine Mike frontstage. Hij heeft zijn karakteristieke matje naar eigen zeggen afgekeken van de Bay City Rollers, gewoon omdat hij dat er cool vindt uitzien. Op het podium blijkt hij een stuk lastiger hanteerbaar dan zijn oudere broer. Ja, een beetje een recalcitrant ventje is het wel. Steeds ligt hij overhoop met gitaarsnoertjes, stemapparaatjes en de volgorde der nummers. Het is aandoenlijk om te aanschouwen hoe de andere bandleden hem dan soms bestraffend toespreken en bij de les proberen te houden. Mike lijkt meer een rocker en doordat hij zich ook wat onstuimiger beweegt krijgt het optreden er een energie-injectie mee, en dat komt op dat moment prima van pas. Probeer je een Freddy Mercury voor te stellen met de motoriek van een Pete Townshend en je komt een aardig eind in de buurt! Een verdienstelijke cover van Alex Chilton’s ‘All of the Time’ valt dan precies op zijn plek.
Het toegift bestaat uit een fraai close-harmony gezongen liedje met piano begeleiding en roept de Beach Boys in herinnering. Rechts kijkt bassiste Megan goedkeurend toe.
Kortom ik zeg: het talent ligt er duimendik bovenop bij deze band. THE LEMON TWIGS, onthoud deze naam! Gisteren speelden ze al veel nummers van een nieuwe plaat die eraan komt, en dat belooft wat. Ook vertelt de bassiste na afloop nog even dat er van Brian een soloplaat in aantocht is. Toe maar, op je 19e al een solo-album!
Haha, jeugdzonde!
0