LGW dag 4: Kat redt The Ex, Tropical Fuck Storm bekroont de zondag

Na een nachtje iets te enthousiast skanken bij Jah Shaka Sound System begint Dag 4 van Le Guess Who met een katertje. Maar geen nood, om stipt 14.30u begint in Springhaver het filmprogramma van Le Guess Who, met een docu over DANIEL JOHNSTON. Ja, dat willen we wel, verantwoord doch lekker onderuitgezakt in een donker hol weer wat bijkomen! Vlak nadat de cultheld twee maanden geleden overleed stond er hier op de Zaag al een fraai artikel over hem, en nu is daar zomaar ineens ook de film. ‘The Devil and Daniel Johnson’ heet het epos, het is een twee uur durend werkstuk uit 2005. Dit blijkt een ware traktatie. Pijnlijk nauwkeurig maar ook op ontroerende wijze is, in nauwe samenwerking met zijn naaste familie, in beeld gebracht hoe een eenzame ziel langzaam maar zeker afglijdt van talentvolle jongeman naar een ‘mental case,’ terwijl tegelijkertijd zijn faam rijzende is. Prachtig gewoon! Nu het IDFA gestopt is met muziekdocu’s (vanwege te voorspelbaar en te veel verkapte promo-praat) ligt hier wellicht een mooie toekomstige taak voor LGW om dit verder uit te diepen.

Meteen maar door naar Ekko, alwaar ik mijn maten tref. Als VIVIEN GOLDMAN opkomt staan we in eerste instantie wat te ginnegappen. ‘Wat is dit joh hee, Jah Wobble die Corry van Gorp begeleidt?’ Gniffel gniffel, we nemen een eerste slok IPA en porren elkaar in de ribben. Maar al snel maakt de lacherigheid plaats voor bewondering. Sterker nog, ik zie die ene maat van me een half uur later stiekem een traantje wegpinken, echt waar! Kennelijk raken de opstandigheid en oprechtheid van deze punk-oma hem recht in het hart. Lief he?

Vivien Goldman

Eerst even een kleine introductie: Vivien Goldman is een Britse, thans 65-jarige muziekjournaliste/zelfbenoemde ‘punkprofessor’ van de Sex Pistols-generatie. Ze is vooral bekend van de vele artikelen en muziekboeken die ze in de loop der jaren schreef, zoals een biografie over Bob Marley en –belangrijker nog-  eentje over female punk. Pas een paar maanden geleden verscheen dit boek:

In haar jeugdjaren deed ze ook in praktiserende zin iets met muziek. Zo werkte ze samen met leden van The Slits en The Raincoats en maakte ze deel uit van The Flying Lizards (je weet wel, die van dat bizarre hitje ‘Money, that’s what I want’), al mag dat allemaal geen naam hebben. Een hele mooie curiositeit, een vondst waar ik ter voorbereiding op dit stukkie zomaar op stuitte, is het enige plaatje dat ze ooit onder haar eigen naam maakte. ‘The Dirty Washing e.p’ heet het, het is uit 1981 en het a-kantje daarvan, getiteld ‘Launderette’ was geproduceerd door ene John Lydon/Johnny Rotten! Een mooie ontdekking, Johnny was toen overduidelijk al in zijn PIL-periode aanbeland:

 “Ich liebe dich, Utrecht!’ roep ze bij de start van haar optreden in haar beste Nederlands. Vervolgens ontpopt Vivien Goldman zich tot een felle dame die er militante meningen op nahoudt. Zonder prekerig te worden waarschuwt ze ons welbespraakt en goed articulerend voor alle gevaren die op ons af komen. De media, Amerika, Big Brother, populisten, opkomend rechts… ‘We’re living on a vulcano!’ vang ik op. En nog veel meer van dat soort zinnetjes die ik the day after niet meer goed kan reproduceren. Goed vergelijkbaar met Kate Tempest dit, want wanneer je het pakweg 40 jaar omvattende leeftijdsverschil even wegdenkt dan blijven er twee like-minded soulsisters over. Muzikaal stelt het ook wat voor. Behalve een Jah Wobble heeft ze ook een Afrikaans ogende dame meegebracht die er met Afrikaans ogende percussie-instrumenten voor zorg draagt dat de omlijsting ook fris en interessant is. Kortom: talentje deze Vivien Goldman. Binnenkort verschijnt dan ook haar debuutalbum, geproduceerd door Youth van Killing Joke! 

Jazeker, onuitroeibaar zijn de ouwe punkerts, ook THE EX mogen we daartoe rekenen. Het bijzondere aan die band is, bij hun optredens breekt vrijwel altijd dat ondefinieerbare, dat welhaast magische Ex-moment aan. Zonder direct aanwijsbare aanleiding begint de zaal dan plots into the groove te raken en het op een hopsen te zetten. Maar ja, de zondagavond is a bitch, dat kan iedere concertpromotor beamen. De mensen staan dan al met één been en hersenhelft in de maandagmorgenbeslommeringen, uit de plaat gaan is er dan niet bij. Zo wordt na een dik half uur Ex duidelijk dat de drie zwoegende zwagers op het Pandora-podium (drie gitaren, geen bas!) vanavond niet op zullen stijgen vanuit hun rudimentaire audio-brutalisme. Op aarde blijven en onverstoord doorraggen is dan hun enige optie, blijven luisteren is voor het publiek het enige wat er op zit. Na zo’n ontnuchtermoment valt pas goed op hoezeer drumster Kat de boel dan nog draaglijk houdt. Alle swing, subtiliteit, nuance en lichtvoetigheid komt bij haar vandaan, en niet van de drie stadse houthakkers die zich rondom haar in het zweet aan werken zijn.  

Cate Le Bon

Ook over CATE LE BON kunnen we kort zijn. Ze staat tegenwoordig jaarlijks op LGW en steeds in een andere hoedanigheid, wat dat betreft is ze net de duvel zelf. Dit keer is ze naar de Ronda gepromoveerd en heeft ze een vijfkoppige band meegenomen. Stuk voor stuk keurig uitziende jongelui die nog geen vlieg langzaam een pootje zouden uitdraaien. Ook de muziek zit keurig in elkaar, onder andere een xylofoon en twee saxofoons zorgen voor een distinctive sound. Het klinkt nu allemaal wat gepolijster dan voorheen. Ook valt op dat Cate er ‘normaler’ uitziet dan anders, en dat ze zich nu meer als zelfverzekerd zangeres dan als weirde gitariste ontpopt. Achter de drums ontwaren we dezelfde hoogblonde dame als die we onlangs nog bij White Fence in Bitterzoet aan het werk zagen. Verrassend is deze connectie niet want White Fence-boss Tim Presley was jarenlang de onafscheidelijke buddy van Cate. Waar is hij nu ineens gebleven? Bij het oud vuil gezet, Cate? Feit is dat Cate tegenwoordig in Bradford Cox van DEERHUNTER een nieuw vertrouweling heeft gevonden. De twee bands zijn nu zelfs samen op Europese toernee. Slechts een week geleden verscheen er een heuse gezamenlijke EP van ze, getiteld ‘Myths 004’ onder de artiestennaam “Cate le Bon & Bradford Cox.’ Betekent dit alles dat ik Cate van hoogverraad beschuldig? Ab-so-luut niet! Onze relatie is hooguit wat bekoeld.

De band waar deze LGW-editie het meest naar uitgekeken werd is zonder twijfel TROPICAL FUCK STORM. Al een kwartier voorafgaand aan hun optreden staat de Pandora rammetje vol en is de zaal zwanger van verwachting. Het gaat hard met deze Australiërs. In mei nog een stormachtig optreden in de tropisch warme bovenzaal van Parafucko, daarna een glorieuze tweede plaat uit en dan nu op het prestigieuze LGW.

Tropical Fuck Storm

Wat een mazzelaar is zanger/gitarist Gareth Liddiard toch. Van zijn positie droomt elke gezonde Hollandse vent: zanger zijn van een beroemde rockband waar verder louter stoere meiden inzitten. Even rewind: ‘de TFS band’ (op Facebook mogen ze alleen maar zó heten!) bestaat pas sinds 2017. ‘T is ‘n kwartet uit Melbourne, gecentreerd rond genoemde Gareth en bassiste Fiona Kitschin. Dit tweetal kun je al kennen want zij maakten eerder deel uit van THE DRONES, en die toerden al eerder een paar keer door Nederland. Alleen al in Utrecht bijvoorbeeld speelden The Drones drie keer! (Moira, dB’s en Db’s). Brachten The Drones nog tamelijk logge heavy rock met lichtelijk drammerige zangpartijen, bij TFS is het dosering troef.

Uit tijdgebrek en uit gemakzucht citeer ik nu gewoon even mezelf nav dat London Calling optreden in mei: ‘…met Tropical Fuck Storm hebben ze nu een nieuwe, geweldige en opwindende eigen sound te pakken. Aan de ene kant die (nog steeds) zware, hypnotiserende, hyper-individuele artrock, aan de andere kant & bij wijze van contrast is dat nu verluchtigd met female koortjes en een fel ontregelende dynamiek. Alle nummers zijn er mee gelardeerd. Op het podium ziet Gareth eruit alsof hij net uit de joego-maffia gestapt is, een spijtoptant die het rockpubliek als prooi ziet. Zo’n pitbulletje die nooit meer loslaat…. Duidelijk is dat deze jongen veel op zijn lever heeft. Zijn mensbeeld lijkt niet vanzelfsprekend positief, hij bijt stevig van zich af met door waanzin gedreven, soms sarcastisch aandoende teksten (Jaz Coleman/Killing Joke-associaties dringen zich op). De heavy heavy baspartijen van Fiona gaan door merg en been. En dan die aanstekelijke koortjes van die wijven er steeds doorheen….. ‘ Ik zeg: wàt een finale. Beste concert van het festival!

All pictures by Ann-Mary van Rhine

Nog een paar foto’s van de zondag: 2 x Asha Puthli en 2 x Föllakzoid (onder)
Föllakzoid
0

Comments

comments