Even een kutvraagje: dat er in Stockholm een compleet museum aan Abba gewijd is, dat er in Liverpool een Beatles Experience is (inclusief een Yellow Submarine waar je in kunt ronddolen) en dat Berlijn al sinds jaar en dag een Ramones Museum kent, wil dat ook zeggen dat er in Düsseldorf iets soortgelijks ter meerdere eer en glorie voor Kraftwerk in het leven is geroepen? Nee, nee, nee, het antwoord is nee!
Dus tja, wat doet een volwassen vent als zijn ICE in Düsseldorf puffend tot stilstand komt ? Weinig keuze, dan spoed hij zich naar het voormalige Kraftwerk-hoofdkwartier, want weinig meer is er niet. De Ludlowstrasse 16 is ook nog eens vlakbij het Hauptbahnhof gelegen, dus je zou bij wijze van spreken kunnen volstaan met een korte tussenstop. Het is ook een korte straat. Er zitten wat ordinaire tenten waar dames schaars gekleed hun brood verdienen. Table dance schreeuwen de neonletters die in grote blokken verticaal aan de gevels hangen.
Aan de Ludlowstrasse 16 valt werkelijk niets te zien. Toch bevond zich op deze plek bijna 40 jaar lang de Kling Klang studio, en dat was zeg maar de privé-studio van Kraftwerk. Vrijwel al hun albums zijn hier opgenomen, inclusief hun bekende hits zoals Das Model en Autobahn. Pas in 2009 zou Kraftwerk, of wat daar nog van over was, naar een dorp 10 kilometer verderop verkassen om hun levenswerk daar in een meer professionele studio voort te zetten.
De Kraftwerkers beschouwden zichzelf graag als ‘muziekarbeiders.’ En arbeiders die gaan ‘s ochtends fluitend naar hun werk om in de namiddag uitgefloten weer huiswaarts te keren. En dat is precies wat ze daar, op de Ludlowstrasse 16 dus, jarenlang volhielden. Overigens, de naam Kling Klang bestond in het begin nog niet. Maar op hun tweede plaat Kraftwerk 2 staat een nummer dat Kling Klang heet, en sindsdien zijn ze hun studio ook zo gaan noemen.
Zoals bekend, waar de meeste bands in de loop der tijd langzaam maar zeker in de vergetelheid raken, daar wordt Kraftwerk de laatste jaren in toenemende mate lof toegezwaaid. Dusdanig is hun faam gestegen dat men thans zonder enig spoortje ironie wel spreekt over ‘de Beatles van de elektronische muziek’ of ‘the world’s most influentual band.’ Juist om die reden zou je verwachten dat een snuggere geest bij de Gemeente Düsseldorf vast wel op het idee gekomen zou zijn om op zijn minst een plaquette of zoiets dergelijks aan een buitenmuur te spijkeren. Maar niets van dat. Op de Ludlowstrasse 16 zitten enkel wat commerciële bedrijfjes die iets doen met geluid, dat is alles. Toch heb ik een gelukkie want de poort naar het binnenhof staat open en nieuwsgierig sneak ik naar binnen. Rechts achterin bij het trappetje naar een boven gelegen platformpje daar moet het zijn, had ik weleens gelezen. Check:
Nou, aan deze foto valt geen moer te zien zouden ongeïnteresseerden wellicht opmerken. Maar kettingzaaglezers zijn oplettend en van een andere klasse, hen valt onmiddellijk de pylon op, ofwel de Verkehrsleitkegel in goed Duits. Want dat is niet zomaar een ding, nee zo’n zelfde geval siert de hoes van de eerste vier Kraftwerk-albums. Toch wel leuk dat iemand die pylon er neergezet heeft, dat is tenminste iets! Zo kunnen locatie-fetisjisten als ik toch met een enigszins voldaan gevoel hun tocht vervolgen. Naar de Königsallee bijvoorbeeld, zeg maar de P.C. Hooftstraat van Düsseldorf. Het was (en is) op deze laan waar de fine fleur van de stad bijeen klonterde en paradeerde, en er wordt wel gezegd dat het hier was waar de Kraftwerkers hun inspiratie opdeden voor de verblindende schoonheid van Das Model.
Als ik uitgegaapt ben vervolg ik straf mijn weg naar platenzaak Slowboy Records. Op de Utrechtse platenbeurs was even buurten bij Slowboy namelijk altijd vaste prik, die lui hadden altijd mooi spul liggen voor schappelijke prijsjes. En gevestigd in Düsseldorf hè! Maar online kan ik gek genoeg nu hun adres niet goed vinden, het is een beetje vaag, het lijkt wel op ze tegenwoordig Monty Records heten en dat ze gevestigd zijn op de Lindenstrasse 186, helemaal aan de andere kant van het Hauptbahnhof. Hoe teleurstellend is het dan om er na een half uur lopen achter te komen dat er op dat adres slechts een vintage meubelzakje is gevestigd. Damn, dan maar weer terug waggelen naar de Altstadt en ondertussen Düsseldorf-kenner der Wolfshund appen met de vraag waar die verdammte winkel nou gevestigd is. Zijn antwoord komt als ik alweer terug ben in de stad: jonguh, je zat wel goed, alleen ze zitten achterin die meubelzaak!
Okay, dan maar weer terug. Dat blijkt gelukkig de moeite waard want wat lacht mij toe als ik het kleine zaakje binnenstap? De originele debuut-LP van Kraftwerk uit 1970! Dus die ene met de rooie pylon op de hoes! Voor slechts 100 euro is tie van mij. Neen, heel veel geld is dat niet want je moet je bedenken dat de Kraftwerkers zo principieel als de neten zijn: van hun eerste vier platen die vooraf gingen aan Autobahn (1974) wensen zij zich hartgrondig te distantiëren. Sinds het verschijnen van die platen is geen ervan ooit meer officieel ge-reissued, noch op vinyl noch op cd noch via kanalen als Spotify! Vandaar dus de zeldzaamheid ervan en het flinke aantal pegels dat je ervoor moet neertellen.
Eigenaar Günther is er helaas niet als ik afreken bij Slowboy. Wel zijn vrouw, met haar knoop ik een praatje aan, zij wijst me op een evenement dat diezelfde avond zal plaatsvinden in de binnenstad. In de Kunsthalle namelijk opent een (gratis toegankelijke, ook dat nog) expo van Conrad Schnitzler. Persoonlijk had ik nog nooit van die vent gehoord, hij schijnt net als Kraftwerk een krautrock-fenomeen te zijn. Omdat ik toch verder geen reet te doen heb strompel ik in de vroege avond dan maar richting dat museum, een dikke tas platen nog onder mijn arm.
In de Kunsthalle gaan eerst twee curatoren uitgebreid verhalen over de betekenis en invloed van Herr Schnitzler. Nu pas begrijp ik dat hij deel uitmaakte van de band Kluster (of Cluster), een andere Dusseldorfse krautrock legende waar ik nodig eens in moet duiken. De goede man leeft al elf jaar niet meer maar zijn invloed is aanzienlijk. Opvallend: die curatoren praten met groot gemak en uit de losse pols over de krautrock-scene, een beetje zoals men bij ons met graagte over Vermeer, Esscher of Mondriaan babbelt. Een Japanse dame, Keiko Yamamoto geheten, geeft vervolgens een live-vertolking van zijn werk. Ze is druk in de weer met ouderwetse cassetterecorders die voor haar op de grond uitgespreid liggen. In aanpalende zaaltjes is verder ook geluids- en videowerk van Schnitzler te zien en te horen. Jawohl, erg interessant allemaal!
Eenmaal terug in mijn hotelkamer ga ik mijn aanwinsten eens goed besnuffelen want daar zijn hotelkamers voor. Die plaat van Kraftwerk heeft een klaphoes en een gave foto van de hand van Bernd & Hilla Becher van een enorme transformator siert de binnenkant. Nou ben ik natuurlijk niet helemaal achterlijk, het iconische fotografiewerk van het echtpaar Becher is mij niet onbekend. Hele fotoboeken zijn er verschenen van hun steevast in zwart-wit geschoten studies van monumentale industriële complexen. Gaaf dat Kraftwerk zoiets 50 jaar geleden al voor hun hoes gebruikte! Toevallig had ik diezelfde middag nog dergelijke fotoboeken zien liggen in een boekenzaak in de Düsseldorfse binnenstad.
De volgende dag is een mooie zondag. Ik heb nog enkele uurtjes voordat de trein huiswaarts zal vertrekken. Ik besluit om nog even snel een ochtendwandelingetje te maken, dwars door de Hofgarten, richting binnenstad om zo’n gaaf fotoboek aan te schaffen, zeg maar ter aanvulling op mijn Kraftwerk-collectie. Het zonnetje schijnt en in tijdsnood kom ik niet want de winkel is gelukkig stipt om 10 uur open. Op mijn headset heb ik Morgenspaziergang een nummer van Kraftwerk on repeat gezet (goeie keuze joh!) en zo loop ik even later ook het Hauptbahnhof tegemoet. Zou dit zijn hoe geluk eruit ziet? Het komt best wel in de buurt, kan ik je verzekeren.
Maar toch, helemaal happy eindigt de dag niet. In de trein lees ik dat net een paar weken ervoor de grote expo ‘Electro. From Kraftwerk to Techno’ in een ander Düsseldorfs museum, de Kunstpalast is afgesloten. Dus kudt, dat ben ik dan mooi misgelopen. ‘This show was conceived in close cooperation with Ralf Hütter,’ lees ik nog. En bij Oberhausen stopt de trein plotseling, die gaat domweg niet verder. Met bussen gaat het verder tot aan Arnhem, erg vermoeiend allemaal. Het neemt veels te veel tijd in beslag. En zo duurt het nog uuuuren voordat ik eindelijk thuis ben en die verrekte platen eindelijk op the wheels of steel kan gaan slingeren…
0