In de lobby van het budget-hotel is het even schrikken afgelopen zaterdagmiddag: het ouwemannenclubje dat daar gebroederlijk bijeen staat doet een conventie van gepensioneerde biologieleraren vermoeden. Maar gotsamme zeg, als onze reisleider ze hartelijk begroet blijken het bekende popmuzikanten te zijn. Wat zeg ik: het zijn The Undertones die daar staan! Ons reisdoel van dit weekend blijkt zich in hetzelfde hotel als de onze verschanst te hebben…
Nog niet eens zo heel lang geleden, in 1978, waren ze een regelrechte sensatie. Vijf pientere minkukels van amper 17 jaar in kostschoolkledij, afkomstig uit het verre Derry. Ze voorzagen het begrip naïviteit van een geheel nieuwe dimensie. Op hun toenmalige debuut-ep stonden de meest onwaarschijnlijk goeie popsongs, die leken wel als per ongeluk tot stand gebracht, zoiets was nog nooit eerder vertoond…
Hun zanger, Feargal Sharkey, was toen al een beetje een vreemde eend in de bijt. Zijn talent had men als jongetje, in de jaren voorafgaand aan The Undertones, al erkend. Het nachtegaaltje met de hese vibarto won daar menig prijsbeker mee, her en der in Ierland. Juist dit goedvinkie met zijn vergulde strot, vond zichzelve terug binnen de strikte beperkingen van een lokale punkband. Zoiets kon nooit lang goed gaan natuurlijk. En het ging ook niet lang goed. In 1983 knalde de band uit elkaar. Feargal zou nooit meer terugkeren, niet naar The Undertones en ook niet naar Ierland.
Een nog jonge Feargal als hoespoes
In 1999 richtte de band zichzelf opnieuw op (na een experimentele uitbuikperiode in de 80s van zes albums en 15 singles met That Petrol Emotion). Ene Paul McLoone werd de nieuwe zanger en dat is hij gebleven tot op de dag van vandaag.
Afgelopen zaterdagavond, The Garage in Glasgow. Na het voorprogramma van een niksig ska-bandje is het wachten op The Undertones een fluit van een cent. Onder luid gejuich van veel trouwe fans, afkomstig uit heel Schotland maar ook uit Utrecht en uit de verste uithoeken van De Achterhoek, betreden onze veteranen het podium.
Ter linker- en ter rechterzijde van het podium staan de twee gitaristen in het halfdonker te shinen, beiden hebben een blitz zonnebrilletje op. Het zijn de gebroeders Damian en John O’Neill, beter bekend als de sonische ruggegraat van The Undertones. Je begrijpt het al: de onderwijs-associaties van die middag verdwijnen als de spreekwoordelijke sneeuw voor de zon: dit zijn ONVERVALSTE HELDEN, dames en heren! Van te voren had een kenner me voorspeld dat de herinneringen aan Feargal na twee nummers finaal uit mijn kop verdwenen zouden zijn. En ja hoor, precies zo geschiedt!
Het Hooglied van The Undertones
Vanaf opener My Perfect Cousin is het één grote hit-carroussel wat The Undertones over het luid meezingende publiek uitbraken. Sodemieters, wat een glorieus klassemateriaal hebben deze gasten in de loop der beginjaren toch bijeen gesprokkeld! Speciale hoogtepunten zijn vanavond Wednesday Week, The Love Parade, You’ve Got my Number en het speciaal voor een fan gespeelde Sheena is a Punkrocker (!). Wist je overigens dat klassiekers als Wednesday Week en My Perfect Cousin slechts een kuteindje bij ons vandaan zijn opgenomen? Ja ja, in de Wisseloord Studios in Hilversum was dat ooit. Heilige grond!
Dat de Undertones een typische punkband zijn, hoor je mij niet zeggen. Met hetzelfde gemak kun je volhouden met beat, glam of powerpop van doen te hebben. Persoonlijk hou ik het het liefst op klassieke popsongs in een strakke rock ‘n’roll-verpakking. Ofwel, het is precies zoals Charlie Watts ooit zei: namelijk dat de meeste bands wel rocken, maar dat slechts weinigen ook nog rollen (of iets van gelijke strekking). Welnu, the Undertones rocken én rollen dat het een aard heeft. Toen. En nu. Nog steeds!
0